Johan de Haan adviseur Staten en Stinzen


Johan de Haan, interieur erfgoed adviseur bij de stichting Staten en Stinzen: ‘Ware schoonheid komt van binnenuit’

Johan de Haan heeft de afgelopen 6,5 jaar als senior conservator bij Museum Paleis Het Loo een van de meest omvangrijke erfgoedprojecten van Nederland geleid. Nu dit project succesvol is afgerond, gaat hij nieuwe uitdagingen aan: senior Inspecteur bij het Ministerie van OCW. Bij de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed wordt hij dan verantwoordelijk voor het toezicht op het Nederlandse erfgoedstelsel en het beheer van de rijkscollectie.

Het leven van Johan is druk bezet en verre van saai. Met een gemiddelde duur van acht jaar weet hij de ene na de andere uitdaging naar een gewenste afronding te brengen. Bovendien besteedt hij veel van zijn spaarzame vrije tijd aan verschillende stichtingen en verenigingen die zich inzetten voor het behoud van ons erfgoed. Johan neemt de tijd hiervoor omdat hij het delen van kennis belangrijk vindt: “want kennis geeft erfgoed waarde en is de basis voor behoud.” Dit geldt ook voor zijn - eveneens - nieuwe rol als extern adviseur bij de Stichting Staten en Stinzen, waar hij met name op het gebied van het interieur zijn bijdrage zal leveren.

Het belang van historische interieurs

Johan de Haan vindt dat erfgoed pas echt beleefd wordt wanneer mensen er een persoonlijke verbinding mee kunnen maken. Om dit te bereiken is het van cruciaal belang om niet alleen aandacht te besteden aan de gebouwen zelf, zoals de staten en stinzen en de omringende tuinen en parken, maar ook aan het interieur. Het interieur weerspiegelt tenslotte het meest persoonlijke deel van het erfgoed. Sterker nog: architectuur begint met de wens en de noodzaak om plekken te maken waar menselijke activiteiten als wonen, werken en bijeenkomen mogelijk zijn. Zonder binnenkant geen buitenkant.

Behoud en herstel van historische interieurs

Door het persoonlijke en daardoor dynamische karakter is het interieur vaak ook het eerste wat verloren gaat en het meest te lijden heeft onder de tand des tijds. De eenvoud en de elegantie van betimmeringen, plafonds, wandbekleding en familiestukken maken vroeg of laat plaats voor een wereld met een andere smaak. Waarin bovendien vaak minder tijd (en geld) beschikbaar is voor het behoud van wat er is. Interieurs zijn daarmee het kwetsbaarste en meest verwaarloosde deel van ons erfgoed. Het is dus van groot belang om te beschermen wat de moeite waard is en - waar mogelijk - interieurs zodanig te herstellen of aan te passen dat oorspronkelijke onderdelen bewaard blijven en (weer) tot hun recht komen.

Hoewel dit een uitdagende taak is, is het niet onmogelijk, zoals blijkt uit het recentelijk voltooide restauratieproject van Paleis Het Loo. De Haan is van mening dat niet alleen prominente gebouwen zoals Paleis Het Loo die aandacht verdienen, maar ook de minder prestigieuze panden, zoals woonhuizen. Hij pleit voor herstel van de oorspronkelijke schoonheid, waarbij moderne elementen zodanig worden ingepast dat ze zich goed verhouden tot waardevolle oudere onderdelen van het interieur.

Een adviserende rol bij de stichting Staten en Stinzen

Met zijn rol als adviseur bij de stichting Staten en Stinzen zal Johan de Haan zijn kennis en inzichten in en over historische interieurs inzetten om het belang ervan te benadrukken en daarmee te pleiten voor hun behoud en herstel. Hij zal samenwerken met andere experts, onderzoekers en erfgoedliefhebbers om nieuwe inzichten te verwerven en methoden te ontwikkelen op het gebied van restauratie en conservering van historische interieurs. Daarnaast zal hij zich inzetten voor bewustwording en educatie, om het publiek te betrekken bij het behoud en de waardering van ons waardevolle erfgoed. Het werk van Johan de Haan illustreert de diepgewortelde passie en toewijding die nodig is om erfgoed te beschermen en te herstellen. Zijn expertise en inzet zijn van onschatbare waarde in het behoud van historische interieurs. Door middel van zijn werk draagt hij bij aan het doel van de stichting Staten en Stinzen en het veiligstellen van onze culturele nalatenschap voor toekomstige generaties.