Schierstins Toegankelijk voor publiek

De Schierstins is de enige bewaard gebleven middeleeuwse verdedigbare torenstins in Friesland.

Het Huis

De naam 'Schierstins' verwijst naar de vroegst bekende eigenaren, de "schiere monniken" of Cisterciënsers, die volgens een oorkonde uit 1439 de toren bezaten. De toren stond binnen een omgracht terrein op een heuvel en was uit veiligheidsoverwegingen pas op de hoogte van de verdieping via een ladder te bereiken. De dikke bakstenen muren bevatten schietgaten en later kruisvensters.

Vanaf de 17de eeuw werd de stins voor bewoning geschikt gemaakt en met een aanbouw aan de oostzijde uitgebreid. Voorname personen uit Leeuwarden en Franeker gebruikten de stins in de 18de eeuw als buitenplaats, zoals professor Gerdes en zijn vrouw en hun dochter, die getrouwd was met professor S.H. Manger, theoloog aan de universiteit van Franeker. In het begin van de 19e eeuw verwierf de Leeuwarder burgemeester Thijs Feenstra het complex. Een opvallende eigenaar was B.Th. baron van Heemstra, die er vanaf 1871 een museum heeft ingericht.

Later raakte de toren in verwaarloosde toestand. In 1906 en in 1961 werd het complex ingrijpend gerestaureerd. In de toren zijn oude bouwfragmenten te zien, terwijl in de aanbouw, in de zaal met fraaie rococo-schoorsteenomlijsting, exposities worden gehouden. Het complex is eigendom van de gemeente Dantumadiel en is nu als cultureel centrum toegankelijk.

De tuin

In de tuin van de Schierstins staan verscheidene soorten stinzenplanten. Het is welhaast zeker dat dr. J.Botke, toen hij de naam stinzenplanten in 1923 bedacht, daarbij de Schierstins in het hoofd had: hij had er weet van dat de inwoners van Veenwouden (Feanwâlden) het bij de stins groeiende Haarlems klokkenspel aanduidden als 'stinzeblomkes'.


Afbeeldingen


Video